Leraar: “Als ik je twee katten zou geven, en nog eens twee, en nog eens twee, hoeveel heb je er dan?¨
Tim: “Zeven!”
Leraar: “Nee, luister goed… Als ik je twee katten gaf, en nog twee katten, en daarna nog twee, hoeveel heb je dan?¨
Tim: “Zeven.”
Leraar: “Ik leg het anders uit. Als ik je twee appels gaf, en nog twee appels, en nog twee, hoeveel heb je dan?¨
Tim: “Zes.”
Leraar: “Goed. Nu geef ik je twee katten, en nog twee katten, en nog twee katten, hoeveel heb je dan?¨
Tim: “Zeven!”
Leraar: “Tim, waar haal je die zeven vandaan?!”
Tim: “Omdat ik verdorie al een kat heb!”
Deel als je ook moest lachen!